Beschrijving
Daatje en ik : brieven van Mijnheer de Man
Van der Stoep verstaat hierin de kunst om ons — in de persoon van de boekhandelaar De Man en zijn kijk op personen en zaken — een spiegel voor te houden. Een spiegel, die zacht ironisch spiegelt, soms fonkelt als een kristal.
Recensie:
In deze „Brieven van mijnheer De Man” worden we binnengevoerd in den kring van de kleine Hollandsche burgerij. Van der Hoek is, een scherp waarnemer en een man van critischen geest. Als taaivirtuoos moge hij niet de evenknie zijn van den in dit opzicht nauwelijks te evenaren Beets, hij beschikt toch over een zeer origineele, puntige en vlotte pen. Oorspronkelijk verschenen de in dit boek verzamelde schetsen in de bladen van de Ver. Chr. Pers. „Mijnheer De Man” is een oude heer, kantoorboekhandelaar van beroep, gesierd met een grijze sik. Hij praat over de kleine dingen van den dag, waarbij hij zijn eigen gezin als middelpunt neemt.
Terecht merkt het bij het boek gevoegde prospectus op: „Er is aan zijn verhaal niets opzienbarends. Hij vertelt van zijn kinderen, de getrouwde en de ongetrouwde, van hun karakters, hun eigenaardigheden en van hun velerlei reactie op de dingen rondom.
Om dit gezin groepeeren zich weer andere personen, zooals die ook in werkelijkheid om ieder gezin gegroepeerd zijn.
Mijnheer de Man zoekt en vindt de gelegenheid, om aan allerlei kleinigheden, die hij ontmoet en die typeerend zijn voor de wijze, waarop de mensch zich een houding geeft in het leven, zijn opmerkingen vast te knoopen.
Hij hekelt zachtjes, ironiseert goedmoedig, waardeert en commentarieert, valt wel eens uit en weet op andere oogenblikken een filosofische gelijkmoedigheid te bewaren.”
Van der Stoep weet zóó te schrijven, dat we in zijn schetsen telkens glimlachend iets van ons zelf en onze omgeving herkennen. Hij stelt zich niet, als Hildebrand, boven zijn omgeving,, maar maakt er zelf deel van uit. En telkens weer gaat de goedmoedige spot over in een glimlach van mild begrijpen.
Dit boek geeft echte humor. Humor, die oog heeft voor verhoudingen en die op zijn tijd ook de grootheid der kleine dingen weet te zien.
Want tenslotte spreekt uit deze schetsen een diepe waardeering voor het doorsnee Hollandsche gezin met de altijd zorgende, zich zelf wegschenkende moeder in het middelpunt. Het gezin, waarin de mannen en vrouwen der toekomst opgroeien. Het gezin, dat de sterkste gemeenschap is van het leven, waarin de schepping begint van de maatschappij, waarin de verootmoediging, de liefde en het gebed hun wortelgrond hebben.
Daardoor is „Daatje en ik” niet alleen een met veel talent geschreven humoristische schetsenbundel, maar een goed en opbouwend boek, dat ons leert, ook in deze vreeselijke tijden den glimlach om de kleine dingen des levens te bewaren en dat onze waardeering voor het sterkste bolwerk, dat een Christenvolk bezit, het Christelijk huisgezin, doet toenemen.
In allerlei trekjes van dit oorspronkelijk als journalistiek werk geschreven verhaal verraad zich de kunstenaar. Meesterlijk door zijn symbolische werking is bijvoorbeeld ook de laatste zin in het boek, die op sobere en toch intense wijze de geheele hoofdstrekking van deze „brieven” uitbeeldt. We hopen dat dit humoristische en ernstige boek heef veel lezers mag vinden.
Bron: Nieuwe provinciale Groninger courant 23-08-1941
Zie voor verdere TOELICHTING ook de editiepagina van het boek !
Auteur: | Dingeman van der Stoep (1906-1997) met illustraties (zwart/wit) van Giselle Kusters |
ISBNr: | – – geen – – |